vrijdag 30 juni 2023

Mens of engel?

Laatst zag ik City of Angels, een nogal drakerige film uit 1998, maar toch ook wel weer aardig vanwege de subthema's dood en engelen. Het verhaal draait om Seth, een van de engelen die hier op aarde rondhangen. Ze zijn overal om ons heen, wakend en behoedend, begeleiders als we sterven. Tot die tijd zijn ze voor ons niet zichtbaar. Seth (Nicolas Cage) krijgt gevoelens voor hartchirurg Maggie (Meg Ryan), en besluit daarom de eeuwigheid op te geven, en als sterfelijk mens verder te gaan. Dat is best wel een beslissing, maar Seth is een beetje opgejut door een andere ex-engel, ene Nathaniel Messinger, die zichzelf een hedonist noemt. Messinger eet en drinkt mateloos en houdt er een gezin op na. Hij geniet ervan en vertelt Seth dat ‘vrije wil’ niet alleen aan mensen, maar ook aan engelen is toebedeeld. Om zijn transitie in gang te zetten springt Seth van een hoog gebouw. De (letterlijk) gevallen engel kan nu pijn en genot ervaren, bloeden, voelen, proeven enzovoorts. Hij schuift aan bij Maggie. Zij overlijdt helaas al snel, Seth is bedroefd, dit is natuurlijk niet de ervaring waar hij op zat te wachten. Maar aan het eind van de film vindt hij het allemaal weer prima, mens zijn, en gaat hij fijn zwemmen in de oceaan terwijl de engelen toekijken.


Afgezien van de slechte casting (Cage vind ik de meest ongeloofwaardige engel sinds Clarence Odbody), roept deze film allerlei vragen bij me op. Bijvoorbeeld, wat moet ik hier nu mee? Is het gemiddelde mensenleven dan echt zo prettig, en al helemaal vergeleken met dat van een engel? In het Bardo Thödol wordt (in de bardo van wording) juist alles op alles gezet om een wedergeboorte, ongetwijfeld vol lijden, te voorkomen. En in de bardo van dharmata, als op dag drie de boeddha Ratnasambhava verschijnt, en de overledene waarschijnlijk in paniek wegvlucht van het scherpe gele licht, rechtstreeks naar het zachte blauwe licht van de mensenwereld, wordt hij gewaarschuwd dat vooral toch niet te doen! Hij zal namelijk vallen(!) en wéér in de mensenwereld terechtkomen. En dat betekent lijden, ziekte, ouderdom en dood en geen tijd meer hebben om bevrijding te bereiken.

Reïncarnatie vindt plaats in de modderpoel van samsara, in een van de zes bestaanswerelden, meestal opnieuw in de mensenwereld, en als het meezit als ‘engel’ in de godenwereld.  Maar volgens deze film dus zou het bestaan als engel juist minder aantrekkelijk zijn, vergeleken met dat van een mens. Ze worden voorgesteld als een emotieloze club, zwijgzaam en in het zwart gekleed, en kennelijk gekoeioneerd door een hogere macht. Bij zonsondergang staan ze groepsgewijs op het strand te luisteren naar hemelse muziek, die alleen zij kunnen horen. Dat dan weer wel.

Dat een mensenleven een buitenkansje is, waarin je ervaring kunt opdoen en ‘groeien’, wordt in veel spirituele tradities benadrukt. En sommige mensen die een uittreding hebben meegemaakt, herinneren zich een diep besef ‘hoe bijzonder het is als je een tijdje mens mag zijn’. Robert Monroe vertelde in een interview (1992) dat hij eens terug was op de gelukzalige plaats die hij Home noemt, maar er ontdekte in een soort ‘loop’ te verkeren (telkens hetzelfde stuk muziek en wolken). Dáárom was hij hier ooit vertrokken, je komt er niet verder. Maar, waarschuwt hij, te vaak terugkeren naar de mensenwereld en nieuwe ervaringen is ook weer niet goed, je raakt “locked in, er is kans op verslaving”.

Ook Sogyal Rinpoche benadrukt in zijn bekende boek hoe bijzonder het is dat je mens mag zijn: “De kwaliteit van de godenwereld mag beter lijken dan die van ons, de meesters zeggen ons dat het mensenleven oneindig meer waard is. Waarom? Juist omdat wij het gewaar-zijn en de intelligentie bezitten die de grondstoffen voor verlichting zijn; en omdat juist het lijden, waarvan het gehele mensenleven doordrongen is, de stimulans tot geestelijke transformatie is.” Volgens hem is het juist heel moeilijk en zeldzaam om in de mensenwereld terecht te komen. Hij komt met het bekende verhaal van de blinde schildpad, “die rondzwemt in de diepten van een oceaan zo groot als het universum. Aan de oppervlakte drijft een houten ring, die door de golven heen en weer geslingerd wordt. Elke honderd jaar komt de schildpad één keer boven. Volgens de boeddhisten is het moeilijker als een menselijk wezen geboren te worden dan het voor de schildpad is om boven te komen met zijn hoofd door de houten ring.”

zaterdag 24 juni 2023

Gat

De vorige blogpost ging over de zesvoudige knoop en het exacte sterfmoment. Chögyam Trungpa gaf een beschrijving van de ervaring, en Robert Thurman van de gebeurtenissen op dat moment. Maar een goede uitleg over het enorme belang van het sterfmoment kwam ik gisteren nog tegen in Sogyal Rinpoche's boek Dagend Inzicht: 

(23 juni) “Je kunt het moment van de dood zien als een vreemd grensgebied in onze geest, een niemandsland waar ons enerzijds, als we de illusoire aard van ons lichaam niet beseffen, een ingrijpende, traumatische ervaring te wachten staat bij het verlies ervan, en waar ons anderzijds de mogelijkheid wordt geboden van grenzeloze vrijheid, die juist voortkomt uit de afwezigheid van datzelfde lichaam.
Wanneer we uiteindelijk bevrijd zijn van het lichaam dat ons begrip van onszelf zolang heeft bepaald en beheerst, is de karmische visie van een leven volledig uitgeput, en al het karma dat in de toekomst gecreëerd zou kunnen worden, heeft geen vaste vorm aangenomen.
Op het moment van de dood is er een 'gat', een ruimte zwanger van onmetelijk veel mogelijkheden; het is een moment geladen met enorme kracht, waarin het enige dat echt telt is hoe onze geest dan is. Ontdaan van een lichaam onthult de geest zich als wat hij altijd al was: schepper van onze werkelijkheid.”
 

Bron: 
Sogyal Rinpoche
Dagend Inzicht
Servire, 1995

vrijdag 16 juni 2023

De zesvoudige knoop

Bron afb: still Tukdam documentaire

In de blogpost over tukdam zagen we dat de grens tussen leven en dood helemaal niet zo duidelijk is, en dat sterven een proces is. Maar binnen dit proces is er toch een moment aan te wijzen, dat beschouwd kan worden als het echte ogenblik van sterven. Waarschijnlijk het meest belangrijke moment in leven en sterven, met de unieke kans op bevrijding als het Heldere Licht zich aandient. Robert Thurman geeft in zijn vertaling van het Tibetaans Dodenboek een erg goede beschrijving van de gebeurtenissen tijdens chikai bardo.

Als ‘de witte vloeistof’ en ‘de rode vloeistof’ elkaar uiteindelijk bij het hart ontmoeten, sluiten ze het bewustzijn in. De stervende ziet verschillende vormen van licht (of pure duisternis) en verliest vervolgens het bewustzijn. Hier gaat hij de sfeer van helder-licht-transparantie in, een ervaring van een bijzonder soort niet-dualistisch bewustzijn.

Robert Thurman: “Op dit punt ontvouwt zich een belangrijke structuur van het gewone leven, die bekend staat als de zesvoudige knoop bij het hartchakra. De linker- en rechterkanalen hebben het centrum van het hartchakra strak omsloten vanaf het moment van onze conceptie in dit leven, en de daaropvolgende ontwikkeling van het centrale zenuwsysteem vindt plaats rond deze zesvoudige knoop. Als die volkomen losgaat, verlaat ons bijzonder subtiele bewustzijn zijn locatie, voortgestuwd door onze evolutionaire motivatie. Dit is het echte moment van sterven; het is de tussenstaat van het sterfpunt. Het is de subtielst mogelijke staat voor een wezen. Alles wat er over gezegd wordt doet er onrecht aan. Het bijzonder subtiele helder licht-bewustzijn is voorbij alle dualiteit van eindigheid en oneindigheid, tijd en eeuwigheid, subject en object, zelf en de ander, bewustzijn en bewusteloosheid, zelfs onwetendheid en verlichting. Het is een staat die zo transparant is dat iemand die er niet op is voorbereid er dwars doorheen zal kijken en het niet eens zal opmerken”.

Een prachtige beschrijving van de gebeurtenissen op het sterfmoment. Maar de mooiste beschrijving (totnutoe) van de ervaring van sterven wordt geleverd door Chögyam Trungpa HIER (laatste alinea).

 
 
 
Bron:
Robert A.F. Thurman
Het Tibetaanse Dodenboek
Altamira-Becht, tweede druk 2006

woensdag 7 juni 2023

Hell in the UK


Volgens een recent onderzoek zijn er tegenwoordig in het VK meer jongeren dan ouderen die in de hel geloven. Je zou denken dat voorstellingen van hellevuur en eeuwige verdoemenis horen bij de meer duistere eeuwen, maar dat klopt dus niet. Britse millennials (1980-1999) en Generatie Z (1997-2012) zijn vaker geneigd in de hel te geloven dan hun babyboomer landgenoten (1945-1955). En het blijkt dat jonge mensen, hoewel ze in het algemeen toch minder religieus zijn, ook meer in leven na de dood geloven dan de oudere generaties.

Bij een ander onderzoek zagen we al dat jonge mensen dikwijls meer focus hebben op negatieve informatie, terwijl ouderen zich meer richten op positiviteit. Deze positieve focus heeft misschien tot gevolg dat de kans op een eventuele hel lager wordt ingeschat door ouderen dan door jongeren. Maar als de dood eenmaal nadert, lijkt dit verschil te verdwijnen. Jonge mensen treden het einde net zo positief tegemoet als ouderen.

Uit het recente onderzoek, dat werd uitgevoerd door het Policy Institute van King’s College Londen, kwam naar voren dat 49% van de Britten zegt in God te geloven (in 1981 was dat nog 75%). Daarmee hoort het VK nu bij de zes minst religieuze landen. Geloof in een hemel zakte er van 57% in 1981 naar 41% vorig jaar, terwijl geloof in hel en leven na de dood stabiel bleef op respectievelijk 26% en 46%. Uitgesplitst naar leeftijd zegt 32% van de ondervraagden onder de 40 jaar in de hel te geloven, tegen 18% van de ondervraagden tussen 59 en 77 jaar. Er wordt geloofd in leven na de dood door 52% van de  jongere generaties, en 37% van de ouderen.

Bobby Duffy, directeur van het Policy Institute, vertelt in The Guardian dat de culturele gehechtheid aan georganiseerde godsdienst afneemt in het VK, maar dat het geloof dat er ‘iets’ is na dit leven stevig overeind blijft, en dan vooral onder de jongste generaties. Die hebben (kennelijk) grotere behoefte aan een geloof dat er ‘meer is dan dit’. Het ‘cultureel Christendom’ is aanzienlijk gedaald onder mensen die geboren zijn in het VK, terwijl religie wereldwijd gezien nog steeds een groeimarkt is. 33% van de Britten noemt zichzelf ‘een religieus persoon’, 46% niet religieus, en 21% atheïst (4% in 1981). Volwassenen onder de 40 jaar noemen zichzelf eerder atheïst dan oudere mensen, maar zeggen tegelijkertijd ook dat ze geloven in de hel. De onderzoekers vinden dat ‘een interessant raadsel’. Maar waarom? Jouw hel creëer je tenslotte zelf, atheïst of niet. Niet een plek, maar een proces in je bewustzijn, een ervaringsniveau. En ook het eventuele ‘oordeel’ na de dood vel jij zelf. In het Bardo Thödol beleeft de overledene de 'Heer van de Dood' (Yama) als een afzonderlijk wezen, maar in feite is hij het toch zelf die zich een spiegel voorhoudt voor een onbarmhartig moment met een genadeloze analyse.

Volgens Duffy "is het niet waarschijnlijk dat religieus geloof helemaal zal verdwijnen in het VK, maar het blijft wel afnemen. Een langzame en onvermijdelijke neergang, die misschien nog gestopt kan worden als de georganiseerde religies aansluiting kunnen vinden met het bredere verlangen naar nog iets anders na dit leven". Een beloning in het hiernamaals dus? Maar dat is toch de wortel die gelovigen al eeuwenlang wordt voorgehouden?

 
 
Bron:
The Guardian, 19 mei 2023

maandag 5 juni 2023

Tabblad geschiedenis

Misschien had je het al gezien, bovenaan deze pagina heb ik een nieuw tabblad aangemaakt. Onder de knop Geschiedenis vind je nu alle stukjes over de geschiedenis van het Tibetaans Dodenboek in de juiste volgorde.