donderdag 24 november 2022

Petri Pong

Pong is een oeroude Atari videogame uit 1972, maar wordt nog steeds gespeeld. Onder andere door 800.000 levende hersencellen in een petri-schaaltje, ergens  in Australië. 

In het blad BBC Science Focus van deze maand staat een artikel over een internationaal team neurowetenschappers dat voor dit doel hersencellen (zowel menselijke, ontstaan uit stamcellen, als cellen afkomstig van muizenembryo’s) heeft gekweekt in een petri-schaaltje, op een speciale siliconenchip, aangesloten op een systeem dat het mogelijk maakte om ze Pong te leren spelen.

bron afb: BBC Science Focus

Hiermee werd bewijs geleverd dat hersencellen tekenen van intelligent gedrag kunnen vertonen, ook als ze geen onderdeel zijn van een volledig ontwikkeld orgaan. Volgens professor Karl Friston, een van de wetenschappers, is dit onderzoek zo vernieuwend omdat de neuronen worden voorzien van ervaringen en gevoelens en (hier cruciaal) het vermogen om te reageren op hun omgeving. Meest opvallend was dat de kweeksels leerden hoe ze hun wereld meer voorspelbaar konden maken, door er op te reageren. Hoofdonderzoeker Dr. Brett Kagan (links op foto) voegt daaraan toe: we hebben laten zien dat we kunnen interacten met levende neuronen, op een manier die ze dwingt om hun activiteiten aan te passen, zodat het uiteindelijk leidt tot een vorm van intelligentie. 
 
Dit doet mij denken aan het onderwerp van de vorige blogpost: het ontstaan van bewustzijn en de ontwikkeling van skandha’s. Heeft Dr. Kagan intelligentie gecreëerd of onwetendheid? Is er sprake van onzekerheid en angst? De kweeksels proberen hun omgeving meer voorspelbaar te maken, want dat lijkt natuurlijk veiliger. Je vraagt je ook af waar dit gaat eindigen, in welke categorie valt dit ‘bewustzijn’ dan? En is er ook bevrijding mogelijk? Tenzin Wangyal Rinpoche: ‘gewaarzijn kan zich alleen manifesteren in de geest van levende, wetende wezens, die het vermogen bezitten het te reflecteren’.

Maar misschien valt het nog wel mee, leven in dat Frankenstein-schaaltje. De neurowetenschappers gaan nu proberen om de hersencellen dronken te krijgen, om zo meer te weten over de gevolgen van drugs voor de hersenen. Continu gamen en boozen dus, voor sommigen de hemel.
 

Bron: 
BBC Science Focus 
November 2022

maandag 14 november 2022

De ontwikkeling van de vijf skandha’s

In het Bardo Thödol heb je de beeldspraak van een kind dat zijn moeder weer ontmoet en herkent. Erg mooi vind ik dat. Het kind is in dit geval de overledene voor wie het Heldere Licht (de Moeder) een ogenblik straalt. Het is zijn kans op bevrijding, het ondeelbaar oplossen in de essentie, de Eenheid. En in feite het einde van een langlopend tragisch misverstand, want die lange reeks pijnlijke reïncarnaties was helemaal niet nodig geweest. Het is het gevolg van een foute mindset van onze verwarde geest, die gelooft in dualiteit, zelf en ego. Wij zien onszelf als een vast en blijvend iets, maar zijn slechts een verzameling neigingen: de vijf skandha’s. 
 
De ontwikkeling daarvan wordt door Chögyam Trungpa Rinpoche in een van zijn boeken* heel mooi uitgelegd. Hij laat zien hoe de open ruimte, intelligentie en eenheid die wij werkelijk zijn, transformeert tot misvattingen en het ontstaan van onwetendheid. Onze ‘dans’ in de open ruimte wordt veel te wild en energiek, waardoor wij zelfbewust worden. De openheid zien we niet langer meer, we hebben alles massief gemaakt. We nemen de ruimte waar als vast en zien onszelf apart van alles. Dit is de eerste skandha, het creëren van Onwetendheid Vorm. Hierover ging een vorige blogpost.
 

De eerste skandha heeft drie stadia. In zijn boek maakt Trungpa de vergelijking met een woestijn, een volledig open vlakte (de open ruimte die wij zijn), waar een van de zandkorrels ineens gaat rondkijken en tot de foute conclusie komt dat hij iets aparts is. Het begin van dualiteit, de ‘geboorte van onwetendheid’, stadium één.

Het tweede stadium van Onwetendheid Vorm wordt ‘van binnen geboren onwetendheid’ genoemd. Je staat apart, een individuele zandkorrel, en dat is altijd al zo geweest. Denk je. Zelfbewust ben je, maar niet erg op je gemak. Daarom probeer je een schuilplaats voor jezelf te creëren. Je bent verward en staat alleen. Je ziet jezelf los van het elementaire landschap van ruimte en openheid.

Het derde stadium heet ‘zichzelf-observerende onwetendheid’. Je loert zo’n beetje naar jezelf, als een ding buiten jezelf, en dit leidt tot een eerste besef van ‘het andere’. Je gaat je nu bezig houden met een zogenaamde ‘buiten’-wereld, en begint de wereld van vormen te creëren. En in plaats van gewoon te zien wat is, reageer je alleen nog maar op je projecties. Er is helemaal geen situatie van ‘laten zijn’, je negeert voortdurend wat je bent. Dit is onwetendheid.

De tweede skandha is Gevoel, het verdedigingsmechanisme dat wordt opgezet om onze onwetendheid te beschermen. We beginnen ons naar buiten te richten en de kwaliteiten van ‘het andere’ te voelen. Hierdoor stellen we onszelf gerust dat we bestaan, want als ik dat daar kan voelen, dan moet ik hier wel zijn.

De derde skandha, Waarneming-Impuls, moet ego nog wat steviger in het zadel helpen. We raken gefascineerd door onze eigen schepping, die we geleidelijk gaan verkennen. En per situatie vormen we ons een oordeel, voor of tegen of onverschillig. Dit zijn de drie soorten impulsen: haat, verlangen, domheid.

De vierde skandha is Begrip. Je gaat de dingen benoemen en in categorieën indelen. Etiketjes plakken.

Bij de vijfde skandha, Bewustzijn, vindt een samensmelting plaats. Intuïtieve intelligentie (tweede skandha), energie (derde) en intellectualisering (vierde) worden gecombineerd om gedachten en emoties voort te brengen. Op dit niveau vinden we, naast oncontroleerbare en onlogische patronen van ronddwalende gedachten, ook de Zes Rijken.

Dit is het volledige beeld van ego. Als we overlijden vallen alle bestanddelen van ons lichaam en onze geest uiteen en lossen op. Alles wat de verlichte geest tijdens het leven heeft verduisterd valt weg en er is niets meer dat onze ware natuur verhult.

 

*Bron: 
Spiritueel materialisme doorsnijden 
Chögyam Trungpa 
Servire, tweede druk 1999

zondag 6 november 2022

Terugkeer naar Tao

All movement returns to the Tao. 
Weakness is how the Tao works. 
 
All of creation is born from substance. 
Substance is born of nothing-ness.

vertaling: J.H. McDonald 

Geboorte en terugkeer, tekst 40 (de kortste) van de Tao Te Tjing sluit mooi aan bij het onderwerp van een vorige blogpost. Die ging over de oorsprong van bewustzijn, en de terugkeer naar dit Heldere Licht op het sterfmoment.
 
Er zijn kennelijk veel vertalingen mogelijk van deze Chinese tekst, bijvoorbeeld deze:
 
De beweging van Tao is terugkeer (tot zichzelf). 
Zachtheid is zijn functie.

vertaling: Henri Borel

Deze vind ik mooier:

Terugkeren is de beweging van de Tao. 
Zachtheid is de werkwijze van de Tao. 
Alles wordt geboren uit het zijn. 
Zijn wordt geboren uit niet zijn.

De vertaling is van Roeland Schweitzer, die ook een tweede versie heeft gemaakt:

Alles keert terug

De Tao beweegt terug. 
De Tao werkt zacht. 
Alles wat is, komt ergens uit voort. 
Uit het niets.
 
Schweitzer vraagt zich af of deze tekst over de Tao gaat, of over de innerlijke kracht van Tao? “Het terugkeren en teruggaan, het zachte. Terug naar de baarmoeder, de oerchaos.”

Ook zijn bewerking voor kinderen stelt vragen:

Terugkeren naar moeder.
 
Terugkeren, dat brengt vrede. 
Lief zijn, dat is vrede.

Waar komt alles eigenlijk vandaan? 
Als je terugkeert, waar kom je dan? 
Waar komt moeder vandaan?

De beeldspraak van terugkeren naar de moeder komt ook voor in het Bardo Thödol. Bijvoorbeeld als de overledene het Heldere Licht begrijpt, of als hij aangemoedigd wordt om de visioenen te vertrouwen en de realiteit te herkennen alsof het een oude bekende is, zoals “een kind dat zijn moeder ontmoet.”
 

 
bronnen (op volgorde): 
 
University of Nebraska
vertaling: J.H. McDonald 

spiritueletekststen.nl
vertaling: Henri Borel 

Tekens van leven.nl
vertaling: Roeland Schweitzer