Van Padmasambhava wordt gezegd dat hij duizenden gecodeerde teksten heeft geschreven of gedicteerd aan zijn partner Yeshe Tsogyal. Vooruitlopend op de grote vervolgingen in de negende eeuw, die veel van het vroege Tibetaanse boeddhisme zouden vernietigen, verstopte Padmasambhava talrijke teksten overal in Tibet, waaronder de Grote Bevrijding door Horen in de Bardo (het Tibetaans Dodenboek).
Het
waren visionaire leringen, die de Tibetanen nodig zouden hebben op specifieke
momenten in de toekomst. Vaak bevatten de teksten zelf een voorspelling. Bijvoorbeeld
dat deugdzame daden in het komende ontaarde tijdperk alleen maar rancune zouden
uitlokken. Monniken zouden hun belofte van celibaat breken, en het zou
bergafwaarts gaan met de wereld door verdeeldheid en strijd. Een tijd vol
onrust, waarin behoefte zou zijn aan speciale instructies om te voorkomen dat mensen zouden vervallen
in een negatieve wedergeboorte als dier, geest of hellewezen. Dus ten behoeve van
de bewuste wezens van die slechte periode had Padmasambhava alvast een cyclus
van lessen voorbereid, die door hem verborgen werd in de Gampoheuvels in
centraal Tibet. En ook heel veel andere teksten en heilige voorwerpen werden op
deze manier begraven op verschillende plaatsen door heel Tibet. Ze werden terma’s genoemd, verborgen schatten. Veel
van de meest invloedrijke instructies over de dood, bardo's en wedergeboorte
behoren tot dit genre, inclusief het werk dat we nu kennen als het Tibetaans Dodenboek. De verstopte
leringen werden telkens op het juiste moment, vaak in later eeuwen, opgespoord
of ontdekt door tertönen.
Bronnen:
Donald
S. Lopez, Jr.
The
Tibetan Book of the Dead; A Biography
Princeton
University Press, 2011
Francesca
Fremantle en Chögyam Trungpa
Het
Tibetaans Dodenboek
Servire,
1991
Sogyal
Rinpoche
Het
Tibetaanse boek van leven en sterven
Servire,
vijfde druk 1996
Robert
A.F. Thurman
Het
Tibetaanse Dodenboek
Altamira-Becht,
tweede druk 2006