(De hemel van… Afl.24)
Magnus Wallin (1965) is een Zweedse kunstenaar, hij maakt onder andere korte video animaties. In de vorige blogpost werden Exit (1997) en Limbo (1999) besproken. Wallin verwerkt soms menselijk bloed of lichaamsdelen, zoals schedels en beenderen, in zijn kunstwerken. Hij lijkt mij nogal geobsedeerd door het imperfecte menselijk lichaam, en de (volgens hem) negatieve maatschappelijke bejegening van de invalide medemens.
In de hemel die Wallin schetst in zijn creaties (waarschijnlijk niet zijn hemel), is alles en iedereen perfect. Er is symmetrie en harmonie, iedereen is en doet hetzelfde. Geen gebrekkigen en geen rafelrandjes in deze utopische omgeving. In Limbo worden de misvormde hoofdpersonen zelfs door engelen verjaagd, en eindigt de film hemels met gekloonde synchroonzwemmers in een paradijselijk zwembad. Buitenbeentjes zijn nergens te bekennen.
Het zal Wallins kritiek zijn op het ultieme doel van westerse wetenschap: genetisch perfecte menselijke wezens, die een maatschappelijk perfecte wereld bewonen. Kneusjes zijn er niet welkom. Een dergelijke droom grenst aan fascisme, vindt Wallin. De illusie van een volmaakt menselijk lichaam schept en benadrukt allerlei tegenstellingen, zoals goed en kwaad, juist en fout, mooi en lelijk, nuttig en nutteloos. Doorheen de geschiedenis is er sprake van sociaal onderscheid. De belaagde invaliden in Exit bijvoorbeeld, zijn gebaseerd op tekeningen uit de 15e eeuw van Jeroen Bosch. Symmetrie en volmaaktheid zouden een goddelijke harmonie reflecteren, misvormingen boezemen ons afkeer in.
Het menselijk lichaam wordt meer en meer gefragmenteerd, als een soort machine, waarvan de delen makkelijk verbeterd of vervangen kunnen worden. In de animatie Skyline (2000) springt een groep atletische mannen om de beurt van een trapeze, een leegte tegemoet. Zij slaan te pletter tegen een toren en vallen in stukken neer op een onderzoekstafel in een anatomisch theater. De klokkentoren (uit het Berlijnse Olympisch Stadion) is ook te zien in Limbo.
bron afbeeldingen: still |
In Limbo wordt Wallins hemel voor de ontsnapten uit Exit getoond, maar wat is er met de anderen gebeurd, die wel door het vuur zijn gegrepen? Dat kunnen we zien in Physical Paradise (1998). Deze invaliden belanden in een soort alternatief concept van paradijs, een enorm cirkelvormig ruimtestation. De ronde constructie zou hier refereren aan de beweging om het meer in Jeroen Bosch’ Tuin der Lusten. Paradijs betekent ook tuin, en tuin is gecontroleerde natuur.
De korte animatie begint met duisternis. We arriveren in het midden van het ruimtestation, met eerst nog meer duisternis, dan kleuren. Een vriendelijke stem heet ons welkom in Physical Paradise en wenst ons een plezierige reis. Er volgt een snelle aaneenschakeling van beelden en kleuren, het is of we een lange caleidoscoop-achtige tunnel worden ingetrokken, met veel bochten. Er klinken natuurgeluiden, vogels en hawaii muziek. Aan het einde een rustig blauw en er zijn lichten. De tunnel zou hier een metafoor zijn voor verandering van bewustzijn, richting een soort van transcendentie.
Wat zou Wallin eigenlijk vinden van de hedendaagse verheerlijking van jeugd? Ouderdom en verouderen zijn nu ook defecten geworden, tekortkomingen die verborgen moet worden. Botox en lichaamscorrectie zijn overal. Hij kan, naar mijn mening, zo een aanvulling maken op zijn vierluik.
De filmpjes kun je bekijken op de website van de kunstenaar, HIER.