De
etherische wereld ligt als een schil om de aarde, en reikt tot aan de baan die
de maan om de aarde aflegt. Als de reiziger (de overledene) de sfeer van de
maan binnentreedt, begint de astrale wereld: zeven sferen, elk verbonden met
een bepaalde ‘planeet’. Zo passeert hij de vier maansferen, dan de sferen van
Mercurius en Venus, en tenslotte de sfeer van de Zon. Maar, in de geestelijke
wereld is geen sprake van ruimte, tijd of afstand. ‘Reis’ is hier een metafoor,
het is meer een kwestie van bewustwording. De dode legt geen afstanden af van
sfeer naar sfeer, maar zijn bewustzijn wordt ruimer en zijn waarnemingen
ontwikkelen zich overeenkomstig.
De reis
door de astrale sferen is een loutering, noodzakelijk voordat
de dode de lichtwereld (Devachan) kan betreden. Hij moet een zuiver geestelijk
wezen worden, in wie alleen maar liefde leeft. Er is geen
sprake is van een oordeel, maar de reiziger wordt voortdurend geconfronteerd
met wat hij gedurende zijn aardse leven voor anderen heeft betekend. Zo kan hij
inzicht verwerven en (liefst zonder zelfbedrog) gevoelens en emoties verwerken. Dat zijn karmische
lessen voor de volgende incarnatie. In de astrale wereld ontstaat namelijk een diep
verlangen naar een wedergeboorte, om goed te doen, en om eerdere fouten goed te maken. Mensen die niet bereid of in staat zijn tot enig zelfinzicht reïncarneren direct.
Loutering in een tijdelijke staat, alvorens een hogere wereld te betreden? Dat lijkt wel erg op het katholieke vagevuur, vindt Hans Stolp ook. Hij noemt de astrale wereld een zielenwereld, een oord van begeerte waar vele termen voor zijn, bijvoorbeeld kamaloka*. Intussen moet de overledene ook nog afrekenen met zijn aardse verslavingen, die zijn namelijk afgedrukt in zijn astraal lichaam. Verlangen naar een sigaret, of alcohol, koffie, seks, spullen. Bevrediging is niet langer mogelijk, hij moet dit overwinnen en loslaten.
De reis door met name de maansferen is niet altijd een
pretje. De eerste sfeer is begeertegloed, de hel. Daar heerst duisternis, eenzaamheid en beproeving. Gelukkig zullen de meeste overledenen dit gebied razendsnel
passeren via een beschermende doorgang: de tunnel, die zo vaak genoemd wordt in
bijna-doodervaringen! Dat vind ik een erg leuke vondst.
In een volgende blogpost meer over de lichtwereld volgens Steiner.
*Kamaloka: de wereld van verlangens en geneugten, het rijk waar de ‘duivel’ Mara het meest actief is. Verdeeld in zes bestaansvlakken, bevolkt door hellewezens, preta’s, dieren, mensen en lagere godheden. In essentie zijn al deze rijken te beschouwen als een staat van bewustzijn. De zes bestaanswerelden uit het Bardo Thödol!