zaterdag 19 september 2020

Bardo van wording: hulp (1)

Na Yama’s oordeel lijkt het toch echt een verloren zaak voor de overledene in de bardo van wording. Door zijn karma gedreven, stormt hij nu letterlijk op een wedergeboorte af. Het immer optimistische Bardo Thödol blijft hem ‘diepzinnige’ instructies leveren, bijvoorbeeld hoe de toekomstige moederschoot geblokkeerd moet worden, of (in het uiterste geval) welke een juiste keuze is.

De (eenvoudige) overledene krijgt te maken met ingewikkelde vergevorderde oefeningen. Op mij als lezende leek komen veel van deze tips over als wanhopige bokkensprongen, hopend op een toevalstreffer. Het uitgangspunt is dan dat het bewustzijn in de bardo zodanig grillig kan reageren, dat een spontane verlichting niet uitgesloten is. De beperkte geestelijke verworvenheden van de dode zijn hier geen probleem. Zijn bewustzijn in de bardo is maar liefst negen keer intelligenter dan het gewone en grove aardse bewustzijn. Wat vroeger misschien terloops door hem is opgepikt, kan nu in volle diepte doorgrond worden.

Je kunt hem makkelijk beïnvloeden want hij heeft geen stoffelijk lichaam meer, en het bewustzijn in de bardo is voorzien van alle zintuigen (en vele extra’s). Hij kan de voorlezer dus horen. En hoever de overledene ook afgedwaald is, hij zal terugkeren. De voortdurende angst maakt hem enorm geconcentreerd. Als hij de tekst begrijpt zal dat zijn houding en waarneming volkomen veranderen, “als een katapult die een zware steen wegslingert”, en hem naar verlichting leiden. De achterblijvers moeten dus vooral doorgaan met het voorlezen van de Bardo Thödol teksten bij het lijk, telkens weer opnieuw, “totdat bloed en etter uit de neusgaten komt”. Intussen moet het lichaam ongemoeid gelaten worden! En op deze plek niet huilen, rouwen of jammeren, maar juist zoveel mogelijk positieve energie ontwikkelen.

De overledene heeft nu zoveel instructies gehad, dat (volgens het Bardo Thödol) zelfs de grootste sufferd toch zeker een keer bevrijd zal worden. Maar vanwege al het slechte karma blijft herkennen wel moeilijk, al zou het honderd keer uitgelegd  worden. Daarom is het zo ontzettend belangrijk dat de voorlezers blijven aandringen bij de overledene en hem aanmoedigen. Als het de ene keer niet lukt, dan toch zeker wel de andere.


Bronnen:
Francesca Fremantle en Chögyam Trungpa
Het Tibetaans Dodenboek
Servire, 1991

Robert A.F. Thurman
Het Tibetaanse Dodenboek
Altamira-Becht,  2006

Ilse Dorren
Tocht door twee werelden; Gids voor het Tibetaanse Dodenboek      
Mirananda, 1985