De hemel van… Willem Bosch
(De hemel van… Afl. 6)
Willem Bosch (32) is scenarist en regisseur. In de Volkskrant stond laatst een interview dat Haro Kraak met hem had over zijn speelfilmdebuut Hiernamaals, een telefilm voor kinderen vanaf 6 jaar.
Bosch komt uit een cultuurkatholiek nest, zoals hij dat noemt, niet gelovig maar wel met een katholieke kijk op het leven. Zoals velen dweept hij met de gedachte dat er wel ‘iets is’. Hiernamaals is een lichte bespiegeling over sterfelijkheid. Met een ex-pastoor als vader en een professioneel verhalenverteller als moeder is de mix van geestelijk en kunstzinnig hem als het ware komen aanwaaien.
Willem Bosch maakte deze film over de hemel omdat hij zijn verongelukte moeder mist. Er is een verlangen om haar te zien en bij te praten. In de hemel van Bosch (en zijn moeder) mag je tot het einde der tijden roken (hij is net gestopt), zuipen, eten en muziek draaien met vrienden. Het is het leven dat je leidt voordat je kinderen krijgt, aldus Bosch. Kennelijk is dat voor hem het moment dat je uit het paradijs verdreven wordt. Hij denkt wel eens: als ik ooit dood ben, ben ik weer vrij en mag ik doen wat ik wil. In dit geval dus met zijn moeder in de hemel wonen, al geeft hij wel aan dat hij dat toch niet echt tot het einde der tijden zou willen volhouden.
Ondanks de zware materie is de film licht van toon. De overleden hoofdpersoon rijdt in een trein door een tunnel naar de hemel. Als ze de tunnel uitkomt zie ze een grote grauwe stad vol wolkenkrabbers. Op het perron haar moeder. Verder wordt ze ontvangen door een engel, een soort ambtenaar met vleugels. Er kan ook nog gekozen worden tussen de hemel en reïncarnatie. Willem Bosch zou hier (ondanks de risico’s) zelf kiezen voor reïncarnatie, want “naar de hemel kun je altijd nog”. De moeder van de hoofdpersoon keerde na haar dood terug naar de plek waar ze zich thuisvoelde: de kroegtafel, veilig en iedere dag hetzelfde. Dit doet mij enigszins denken aan de tekst van het nummer Heaven van Talking Heads.
Ook in dit verhaal betekent het hiernamaals automatisch de hemel. Het is de moderne hemel, met individueel maatwerk. De treinreis door een soort schemergebied vind ik niet zo origineel. Die ken ik ook uit boeken als De kelner en de levenden (Vestdijk), De grote onthaler (Toonder) en De trein der traagheid (Daisne).
Bosch geeft nog aan dat de logica van de hemel, of in ieder geval de hemel in zijn film, nogal rammelt. Het is een kaartenhuis waaraan je niet te veel moet punniken. Iedereen blijft bijvoorbeeld zo oud als ze zijn wanneer ze sterven. Je leeft samen je ouders en de rest van de familie. En waarom zijn er in de hemel alleen maar mensen uit de twintigste eeuw, waar zijn alle ridders en holbewoners? Enzovoort.
Een vorige blogpost geeft daar antwoord op: De moderne hemel lijkt op de godenwereld, de hemel uit het Bardo thödol. Een heerlijke illusie die je zelf creeërt, een product van je eigen geest. Het is een van de zes loka's en het Bardo thödol doet er niet enthousiast over, want hoe prachtig en aangenaam ook: het is maar een tijdelijke bevlieging. Op een gegeven moment heb je er toch genoeg van en besef je dat je weer verder moet.
Link:
Het interview door Haro Kraak in de Volkskrant (€) HIER