maandag 3 november 2025

Sterrenstof en Spinoza

In podcastserie De Verwondering had Annemiek Schrijver een interview met sterrenkundige Margot Brouwer (1989), die haar kennis over het universum (wetenschap) combineert met filosofie en zingeving. Wij zijn sterrenstof. Wij zijn gemaakt van atomen die gesmeed zijn in het centrum van sterren.

Brouwer worstelde jarenlang met een verlammende doodsangst , die al begon in haar vroege jeugd. Ze groeide op in een christelijk gezin en kreeg het benauwd bij het idee van eeuwige duisternis. Hoe lang duurt dood zijn en de eeuwigheid, vroeg zij zich af. In feite werd de keuze voor haar studie sterrenkunde en natuurkunde ingegeven door deze angsten. Zij wilde antwoorden op haar vragen. Waar komen we echt vandaan, hoe is het universum ontstaan, de aarde, en hoe gaat het uiteindelijk verder? Margot belandde in een wereldbeeld dat heel ver afstond van haar geloof als kind. De oerknal, het ontstaan van de sterren, de aarde, de evolutie vanaf eencelligen tot de mens. Allemaal toevallig zo ontstaan, het is gewoon. De wetenschap leek haar angsten te bevestigen: er is geen zin en na de dood is er niets. De feiten hielpen niet haar gevoel van eenzaamheid op te heffen.

Het kantelpunt kwam toen ze naast haar wetenschappelijk werk de filosofie van Spinoza ging lezen, daardoor werd haar belevingswereld weer geopend en kon ze de natuurwetenschap gaan gebruiken om alsnog haar existentiële vragen te beantwoorden. Spinoza ziet God niet als iets dat buiten het universum bestaat (een mensachtige god die het universum heeft gemaakt), maar ziet God als het universum of heelal zelf, en wij zijn daar een onderdeel van, een onderdeel van God. Deze pantheïstische visie opende voor Margot de deur van de wetenschap naar filosofie en mystiek, o.a. de advaita (non-dualiteit). Ook Einstein wordt genoemd als bewonderaar van Spinoza. Wij staan niet los van alles, maar zijn er een integraal onderdeel van. De mens ervaart zichzelf en zijn gedachten en gevoelens als afgescheiden van de rest. Een soort optische illusie van het bewustzijn. Een waanbeeld dat werkt als gevangenis.

Margot ruilt haar psychiater in voor de spirituele lerares Unmani (die, zo lees ik op haar website, o.a. geïnspireerd is door Tony Parsons) en leert het leven in het hier en nu te aanvaarden. Zij ziet nu in dat het allemaal gedachten waren, gebaseerd op het idee dat ze op een soort tijdlijn leeft. Allemaal gedachten die je nu hebt, nu op dit moment. Vertrouw er niet op dat die allemaal waar zijn, maar vertrouw alleen op wat je nu direct weet, dan is er eigenlijk alleen maar dit moment. Je bent alleen maar hier en nu. Het enige moment waarop je kunt zijn is nu. Dat betekent dus dat je helemaal niet bang hoeft te zijn voor de dood, omdat er nooit een nu zal zijn waarin je dood bent. Margot werd bevrijd van haar angst. En ‘zonder doodsangst’, zegt ze, ‘is er meer ruimte voor compassie’.

Dit is het ultieme wetenschappelijke experiment, vindt Margot. Het enige wat ze kan weten is dat ze dit moment is en dat ze in dit moment is, dat is volgens haar God. De tijd gaat niet voorbij, zegt Einstein, dus het is als een dimensie, het is als ruimte, het bestaat allemaal tegelijkertijd. Er is dus altijd een plekje in de tijd waar je bent. Die ene uiting van God, namelijk jij. Als je dat beseft, dat je niet bang hoeft te zijn voor de dood, dan kun je ook je eigen belang iets losser vasthouden en dan kun je leven met minder angst. Dus je eigen identiteit misschien ook wat minder serieus nemen, want ook die verandert. (Leegte!) Eigenlijk is de hele persoon die ik denk te zijn helemaal gebaseerd op ideeën en herinneringen.

Margot vindt nu dat ze het christendom waarmee ze opgegroeid is, te letterlijk nam en ziet de meer symbolische betekenis van al die oude teksten. Ze gaat ook weer naar de kerk.