De hemel
van… Esther Gerritsen
(De hemel
van… Afl.15)
Schrijver
Esther Gerritsen (1972) werd in het VPRO programma Nooit meer slapen geïnterviewd
door Pieter van der Wielen. Vorig jaar verscheen haar roman De terugkeer, een coldcaseverhaal over
de macht van herinneringen. De gedachte dat de gestorvenen doorleven na de
dood, speelt in dit boek een belangrijke rol.
Gerrit,
de depressieve vader van de hoofdpersoon, zou zelfmoord gepleegd hebben. Maar
is dat wel zo? Zijn dochter Jennie vraagt zich jaren later van alles af over
zijn dood. Gerrit heeft de antwoorden op haar vragen, maar niemand hoort de
doden. Hij kijkt vanuit het hiernamaals toe op het leven van zijn dierbaren,
opgelucht en onthecht. Hij maakt geen deel meer uit van het gedoe, hij is
eindelijk gelukkig.
Het
plaatje dat Esther Gerritsen heeft van een eventueel hiernamaals, is sterk
beïnvloed door haar katholieke opvoeding. Als klein meisje was dat heel
kinderlijk. Bij het avondgebedje werd iedereen in de hemel de groeten gedaan,
opa, de geit, het konijn. Aan religie heeft ze een tijdje niks gedaan, maar is
het later toch weer actief gaan beleven. Hoewel Esther het eigenlijk onzin
vindt, houdt ze er stiekem aan vast. Ze gaat nu regelmatig naar de kerk, maar
doet dat tegenover vrienden af als “research” voor haar boeken.
Gerritsen
droomt vaak van mensen die ze ooit gekend heeft, maar nu overleden zijn. Die
komen soms jarenlang terug, en het worden er steeds meer naarmate ze ouder
wordt. Naar een mogelijk naleven verlangt ze niet persé, maar is vooral erg
nieuwsgierig. Daarom hoopt ze niet te sterven in haar slaap, want dan gaat dat
misschien ongemerkt, hoewel ze vermoedt dat zoiets in je slaap of droom ook wel
doorkomt. Maar natuurlijk kan het ook zo zijn dat het licht uitgaat, en klaar.
Maar het
is wel erg leuk natuurlijk om er in te geloven dat er hierna iets anders komt.
Je kunt net zoveel rare hemels verzinnen als je wilt, waarom niet? Bijvoorbeeld
een hemel waarin je iedereen terugziet, of een waarin je terugkeert als heel
iemand anders, of een hemel waarin je verlost bent van je nare eigenschappen,
of een waarin je eindelijk alles helder ziet. Misschien zelfs een hemel met de
ultieme verlossing. Dat is een fijne fantasie! Eigenlijk is geloven ook voor
een deel dat je je fantasie serieus neemt. Vooral het katholieke geloof is
leuk, zoveel vreemde verhalen bij elkaar.
Iedereen
heeft (of krijgt) waarschijnlijk zijn eigen hiernamaals, dat hij naar eigen
inzicht en hartenlust kan inrichten (of aantreffen). De helft krijgt dus een
ongevraagd hiernamaals. Vader Gerrit in haar boek bijvoorbeeld, is enigszins
gefrustreerd. Hij is een atheïst in de hemel, God is de gastheer. In de hemel
zijn er diverse afdelingen. Op zijn afdeling kan Gerrit de mensen alleen zien,
als ze aan hem denken. Dan praat hij tegen ze, maar ze horen hem niet. Hij
kijkt toe vanuit het hiernamaals, zoals kinderen naar poppenkast kijken en Jan
Klaassen iets toeroepen. Kijk uit!
Link:
Het
interview met Pieter van der Wielen vind je HIER.