zondag 1 maart 2020

De hel(len)


De vorige blogpost had als onderwerp gehenna, symbool van vernietiging door vuur, maar ook een bestaande plek in Israël. Is dit misschien de oervorm van de traditioneel-christelijke hel, als plaats van straf en pijniging? Jezus gebruikt bijvoorbeeld het woord gehenna (vertaald als hel) om het lot van een verstokte zondaar te beschrijven. In dit geval gaat het om de plaats (het Dal van Hinnom) en niet het concept. De term Hades wordt óók vertaald als hel, maar refereert wel aan het begrip. De hel komt in de bijbel overigens pas ter sprake (een keer of tien) in het nieuwe testament. Het oude testament maakt geen duidelijke tweedeling tussen hemel en hel, als je sterft kom je in het dodenrijk. Het wordt niet duidelijk wat je in de hel te wachten staat, de bijbel is daar vaag over. Jezus spreekt over de buitenste duisternis, geween en tandenknarsen. In het boek Lucas wordt in de gelijkenis over de rijke man en de arme Lazarus iets meer informatie over de hel gegeven. Hier liggen hemel en hel kennelijk dicht bij elkaar en er kan gecommuniceerd worden. Er is sprake van vlammen en het wordt een plaats van pijniging genoemd. Wat wij zoal zien op bijvoorbeeld middeleeuwse afbeeldingen van de hel, komt dus regelrecht uit de rijke fantasie van de kunstenaar en de rooms-katholieke geestelijkheid.

Boeddhisten kunnen er overigens ook wat van. Zij hebben uitvoerige, beeldende beschrijvingen uitgewerkt van acht hete hellen, acht koude hellen, acht verpletterende hellen en acht snijdende hellen, met pijnlijke ervaringen van hitte, koude, samendrukking en ontleding. Er zijn ook mentaal folterende hellen, die oneindig zijn in verscheidenheid. Gelukkig zal geen enkel verblijf in de (boeddhistische) hel eeuwig duren, maar dat lijkt wel zo voor degenen die de kwellingen ondergaan. De hel is niet een plek of oord, maar een psychologisch rijk, een bewustzijnstoestand. Het is een van de zes mogelijke bestaanswerelden, waarin lijden sowieso de fundamentele, centrale ervaring van het hele leven is. In de pretawereld bijvoorbeeld, ondergaan de zogenaamde hongerige geesten hun kwellingen. De pretawereld wordt gecreëerd door hebzucht, de hellen door haat.


Bronnen:
Maarten ’t Hart
De bril van God
De Arbeiderspers, 2002

Robert A.F. Thurman
Het Tibetaanse Dodenboek
Altamira-Becht,  2006