zaterdag 21 september 2019

Een dood van Carlos Castaneda

Tijdens een van zijn vele sessies met don Juan* brengt Carlos Castaneda* de dood ter sprake (vorige blogpost). En hoewel Castaneda het niet weten wil, vertelt don Juan hem hoe het “tweede stadium” van zijn dood er eventueel uit zou kunnen zien:

“Jij rijdt veel, dus is het mogelijk dat je je weer, op een gegeven ogenblik, achter het stuur bevindt. Het zal een zeer snelle gewaarwording zijn die je geen tijd zal laten om na te denken. Opeens, laten we zeggen, zou je merken dat je aan het rijden bent, zoals je al duizenden malen hebt gedaan. Maar voordat je je iets over jezelf zou kunnen gaan afvragen, zou je een vreemde formatie opmerken vóór je voorruit. Bij nader toezien zou je beseffen dat het een wolk is die eruit ziet als een glanzende spiraal. Zij zou gelijken op, laten we zeggen, een gezicht, pal in het midden van de hemel vóór je. Terwijl je ernaar keek, zou je het zich zien terugtrekken tot het nog slechts een schitterend punt was in de verte en dan zou je merken dat het zich weer naar je toe begon te bewegen; het zou versnellen en in een oogwenk zou het tegen de voorruit van je auto aanrammen. Jij bent sterk; ik ben er zeker van dat de dood een paar opdonders nodig zou hebben om je in te rekenen.

Tegen die tijd zou je weten waar je was en wat er met je aan het gebeuren was; het gezicht zou zich weer terugtrekken tot een positie boven de horizon, versnellen en tegen je aanrammen. Het gezicht zou in je binnendringen en dan zou je het weten – het was al die tijd het gezicht van de bondgenoot, of ik die aan het praten was, of jijzelf die schreef. De dood was niets, al die tijd. Niets. Het was een stipje verloren in de bladen van je bloknoot. En toch zou hij met onweerstaanbare kracht in je binnendringen en je doen uitzetten; hij zou je platslaan en je over de hemel en de aarde en nog verder uitspreiden. En je zou zijn als een bewegende mist van kleine kristallen die zich verwijdert.” Natuurlijk is Castaneda erg onder de indruk van de beschrijving van zijn (mogelijke) dood. Hij had verwacht iets heel anders te horen te krijgen en kan lange tijd niets zeggen.

Don Juan vervolgt: “De dood treedt binnen door de buik, pal door de bres van de wil. Dat gebied is het belangrijkste en gevoeligste deel van de mens. Het is het gebied van de wil en ook het gebied waardoor wij allen sterven. Ik weet dat omdat mijn bondgenoot mij tot in dat stadium heeft voorgelicht. Een tovenaar stemt zijn wil af door zich door zijn dood te laten achterhalen, en wanneer hij is platgeslagen en begint uit te zetten, komt zijn onberispelijke wil in actie en verenigt de mist weer tot één persoon.”

Don Juan maakt een vreemd gebaar. Hij opent zijn handen als twee waaiers, tilt ze ter hoogte van zijn ellebogen, draait ze tot zijn duimen zijn heupen raken, en brengt ze dan langzaam tezamen halverwege zijn lichaam boven zijn navel. Een ogenblik lang houdt hij ze daar. Zijn armen trillen van de inspanning. Dan brengt hij ze omhoog tot de toppen van zijn middelvingers zijn voorhoofd raken, en trekt ze vervolgens in dezelfde houding omlaag tot halverwege zijn lichaam. Castaneda vindt het gebaar indrukwekkend. Don Juan heeft het met zoveel kracht en schoonheid uitgevoerd dat hij er door gebiologeerd was.

“Het is zijn wil die een tovenaar tezamenhoudt”, zegt hij, “maar naarmate zijn ouderdom hem verzwakt, taant zijn wil, en onvermijdelijk komt er een ogenblik wanneer hij zijn wil niet langer kan commanderen. Dan heeft hij niets meer om de stilzwijgende kracht van zijn dood mee te bestrijden, en dan wordt zijn leven zoals het leven van al zijn medemensen, een uitzettende mist die zijn eigen grenzen te buiten gaat.” Castaneda huivert. Don Juan staart hem aan en staat op.

Naschrift: Op wikipedia lees ik dat Carlos Castaneda in 1998 in Los Angeles is overleden aan leverkanker.


Carlos Castaneda


*Carlos Castaneda (1925-1998) was een (Zuid-)Amerikaanse schrijver en antropoloog die in de jaren 70 in een viertal boeken verslag deed over zijn leerjaren bij de Mexicaanse sjamaan don Juan (Matus), een Yaqui Indiaan. Castaneda werd ingewijd in magische rituelen om de “niet-gewone werkelijkheid” te beheersen. Daarbij werden hallucinogene drugs gebruikt, zoals peyotl en bepaalde paddenstoelen. Het is dus de vraag in hoeverre zijn waarneming van eventuele bovennatuurlijke verschijnselen is verkleurd door drugs. Castaneda’s boeken bereikten een soort cultstatus, maar later waren er ook twijfels over het waarheidsgehalte ervan, en zelfs of don Juan ooit bestaan heeft.




Bron:
Carlos Castaneda
Een aparte werkelijkheid
De Bezige Bij, 1991, zevende druk