Laatst
dacht ik dat ik dood ging.
Althans,
ik hield daar serieus rekening mee.
’s
Nachts voelde ik mij onwel, iets aan mijn hoofd? Ik dacht aan allerlei mensen
die ik ooit gekend heb, maar die nu erg dood waren. Hadden zij dit ook beleefd?
En was het nu mijn beurt? Slapen durfde ik niet meer, want zou ik dan nog wel
wakker worden? En hoe?
De mogelijkheid overviel mij, onverwacht en abrupt. Terwijl ik toch dagelijks bezig ben met sterfelijkheid en bardoblog. Ik voelde mij belachelijk, maar niet bang. Dat vond ik opmerkelijk. De situatie was interessant, maar kwam mij ontzettend ongelegen. Ik ben veel te jong, en wil graag nog wat jaartjes voortkeutelen met mijn partner. Wij hebben het best goed, realiseerde ik mij eens te meer. En dan al dat gedoe en narigheid waarmee die nu ineens opgezadeld zou worden! Medelijden en twijfel streden om voorrang. Was ik wel aardig genoeg geweest? Ik kan een enorme mopperkont zijn.
Hoewel alles (dit keer) met een sisser afliep, is er nog veel stof voor overpeinzing.