De interviewreeks van Fokke Obbema in de Volkskrant over de ‘Zin van het leven’ is vaak een interessante bron voor dit blog. Doel en betekenis toekennen aan Het Leven kan nu eenmaal niet zonder de eindigheid daarvan (plus een eventueel vervolg) erbij te betrekken. De geïnterviewden proberen hier allemaal een persoonlijk getinte uitleg aan te geven, maar het komt toch vaak op hetzelfde neer omdat de meesten beïnvloed zijn door een religie of levensbeschouwing al dan niet uit hun jeugd.
Dat geldt niet voor de hoofdpersoon van deze aflevering. Johanna Maria Riemen (56) is medium en heeft een nogal eigenzinnige kijk op de zaken. Riemen werd geboren in een Haags katholiek gezin en zat op school bij de nonnen. Als kind kreeg zij veel klappen vanwege haar ‘rare’ visie en voorspellingen. Tegenwoordig heeft zij klanten, vaak elitair, die haar consulteren voor adviezen van gene zijde. Soms geeft ze ongevraagd goede raad of een voorspelling, ook als mensen daar niet op zitten te wachten.
Volgens Riemen wordt hoe het je vergaat in dit leven bepaald door allerlei omstandigheden, bijvoorbeeld je karma, je levenspad, hoeveel levens je hebt gehad. Maar je hebt ook een vrije wil en soms een keus. Het kan dan nog beide kanten opgaan. Ze vreest dat het kwaad bezig is te zegevieren, er is achteruitgang. Dit wordt veroorzaakt door diverse factoren, bijvoorbeeld het internet – al het slechte wordt daar groter, het kwaad kan zich veel gemakkelijker bundelen. Het goede ook natuurlijk, maar het is de vraag wie dat gaat winnen. Het leven is een duistere tijd, tussen twee perioden van licht (het omgekeerde van wat de schrijver Nabokov beweert).
Riemen ziet het bestaan op aarde slechts als een leerschool voor het echte leven dat later komt, ‘aan de andere kant’. Wij zijn hier allemaal om dezelfde reden: je wordt geboren om je ziel te ontdoen van de schillen die eromheen zitten. Die moet je opruimen, want dan kun je in een hogere laag van bewustzijn terechtkomen. Dat gaat via reïncarnatie. Wanneer je in de hoogste zevende laag bent beland, ben je bij je kern. Dan ben je een kind van God en hoef je niet meer terug te komen. Dat opruimen doe je via andere mensen (familie, vrienden, collega’s etc.) door wie je geconfronteerd wordt met jezelf.
Riemen heeft sinds haar kindertijd contact met zeven begeleiders. Die hebben haar toen ze elf was een jaar lang iedere avond meegenomen naar de zeven onderlagen (de hel) en zeven bovenlagen (hemel). In de bovenlagen ziet ze zielen in hun menselijke verschijningsvorm die vooral bezig zijn met mensen op aarde te begeleiden. Ouders wachten op kinderen. Als hun gezin weer compleet is keren ze vaak weer terug naar aarde. De kinderen wachten dan weer op hun kinderen.
Het interview in de Volkskrant vind je HIER (€).